1e lezing: Jes.66,18-21  
2e lezing: Hebr.12,5-7.11-13  
Evangelie: Lc.13,22-30 

Tot het uiterste toe

In het evangelie van vandaag wil iemand met Jezus een gesprek beginnen. En het probleem luidt als volgt: “Zijn het er weinig die gered worden?” Dit is een kwestie die ons mensen gerust zorgen mag baren; in feite gaat het ons allemaal aan. Het onderwerp biedt echter ook veel stof tot discussie. En als het toen al niet gebeurde; in onze dagen weet men er in ieder geval wel raad mee. 

Zijn het er weinig die gered worden? Ook op dit punt lopen de meningen uiteen. Zijn het er weinig die gered worden? Jezus geeft een helder antwoord. En in zijn antwoord probeert Hij allereerst af te rekenen met wat wij nu de nieuwsgierige praatcultuur noemen. Het gaat er namelijk niet om of het er veel of weinig zijn. Neen, zegt Jezus: het gaat om jou en Mij! "Spant u tot het uiterste toe in om door de nauwe deur binnen te komen." Jezus wil geen discussie beginnen. Hij wringt zich niet in spitsvondig geformuleerde redeneringen. Neen, Jezus neemt het woord om daardoor mij daadwerkelijk te hulp te komen.

Je kunt het vergelijken met het volgende. Een schip bevindt zich in een hevige storm. Het heeft enorm met de golven te kampen en dreigt te vergaan. De kapitein heeft op dat moment de handen vol om te redden wat er te redden valt. En ineens vraagt hem iemand: “Kapitein, zullen het er weinig zijn die het er vandaag levend afbrengen?” De kapitein zal waarschijnlijk geen discussie beginnen. Daar heeft hij namelijk op dat moment helemaal geen tijd voor. Als hij al iets zegt, dan het volgende: “Man, alle hens aan dek, want het is pompen of verzuipen.” 

En dat is het wat Jezus vandaag ook doet. Hij geeft ons mensen geen stof voor een leuk of interessant gesprek. Onze nieuwsgierigheid wordt niet bevredigd. Neen, Hij geeft ons een genade ofwel reddingaanbod. Het gaat er niet om te weten of er wel of niet veel gered worden. Hier telt maar een vraag: wil jij je tot het uiterste toe inspannen om door de nauwe deur het Koninkrijk Gods binnen te gaan? 

Luisteren naar elkaar is een groot goed. En het is belangrijk om wat men beluisterd heeft bij zich te houden ten bate van degene die zichzelf blootgegeven heeft, zijn of haar probleem geopenbaard. Hier in de kerk mag luisteren vooral betekenen: openstaan voor het Woord van God. Niet uit nieuwsgierigheid. Wij worden uitgedaagd om nu ons leven af te stemmen op wat wij hier horen. Want: "Zij zullen komen uit het oosten en het westen, uit het noorden en het zuiden en zij zullen aanzitten in het koninkrijk Gods. Denkt eraan: er zijn laatsten die eersten en eersten die laatsten zullen zijn." En daarom is het zaak werk te maken van Jezus’ krachtig woord: ”Spant u tot het uiterste toe in!”

Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie