Social Media

Zondag 4 december 2022 – 2e Zondag van de Advent

Geplaatst op: 30-11-2022

1e lezing: Jes.11,1-10 
2e lezing: Rom.15,4-9  
Evangelie: Mt.3,1-12 

 

Waar sta ik?

Nu al zo'n tweeduizend jaar kwamen en gingen de Kerstdagen. Tijdens iedere Advent spoort de Kerk ons weer aan om ons te blijven verheugen en voor te bereiden op wat komen gaat, op het allerbelangrijkste in ons bestaan. Niet alleen de Advent, maar in feite ons hele bestaan is een voortdurende voorbereiding op de definitieve ontmoeting met God, een ontmoeting die steeds dichterbij komt. 

Wij mensen hebben nogal de neiging te leven met onze ogen gericht op aardse zaken. Heel gemakkelijk verliezen we de Goddelijke dimensie wat uit het oog. Als we werkelijk serieus dichter bij God willen komen, dan zullen we in het binnenste van onze ziel moeten kijken. Het ontdekken van de voornaamste hindernissen die ons leven als christen tegenwerken, is een positieve adventsuitdaging. 

De media en het dagelijkse leven overspoelen onze ogen en oren onophoudelijk. Hun boodschap probeert ons vooral waarde te laten hechten aan wat tastbaar is. Als de ogen van onze ziel (hoe dan ook) wat troebel zijn geworden, kan de eigenliefde de overhand krijgen. Eigenliefde kan ons weer gemakkelijk verleiden om Gods liefde de rug toe te keren. We kunnen deze lauwheid vermijden als we proberen attent te blijven op ons persoonlijk gebed. 

De Advent is ook een tijd om onszelf eens wakker te schudden met de vraag: waar sta ik in de ogen van God? Wie of wat is de baas in mijn leven? Aan wie of wat heb ik mijn hart verloren? De Advent is een periode van extra waakzaamheid, een kans om de waan van de dag in ons eigen leven eens te onderzoeken. 

Als we de vreugde van God echt willen ervaren, dan zal enige boete en bekering ons sterk kunnen helpen. Ter illustratie: vlak voor Kerstmis 1980 was paus Johannes Paulus bij meer dan tweeduizend kinderen in een Romeinse parochie. Hij begon zijn catechese met deze dialoog: "Hoe bereiden jullie je voor op Kerstmis?" "Met gebed", riepen de kinderen terug. "Heel goed: door te bidden", zei de paus, "maar ook door te gaan biechten, zodat jullie daarna ter communie kunnen gaan. Zullen jullie dat doen?" En nog harder zeiden de kinderen: "Ja, dat doen we!" Johannes Paulus zegt: "Zo hoort het ook." Hij laat zijn stem dalen en fluistert: "De paus gaat ook biechten om het Christuskind waardig te ontvangen."

 

Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie