Social Media

Zondag 14 november 2021 – 33e Zondag door het jaar | Wereldddag van de armen

Geplaatst op: 12-11-2021

1e lezing: Dan.12,1-3  
2e lezing: Hebr.10,11-14.18  
Evangelie: Mc.13,24-32  

 

Voor de geringsten

Onze geschiedenis is getekend door veel kwaad en onrecht. Oorlogen, geweld, terreur en rampen lopen dwars door onze menselijke geschiedenis heen, alle eeuwen door. Ondanks dat de mens veel grip op de wereld heeft gekregen – door de geweldige vooruitgang op gebied van wetenschap en techniek – wordt de lijst met catastrofes, ziekten en natuurrampen, etc. almaar langer.

De mens heeft dan wel veel mogelijkheden in handen om deze wereld te beheersen, maar toch moet hij toegeven dat hij zwak staat tegenover bijvoorbeeld natuurrampen. Dit jaar tonen de vele bosbranden, de vele overstromingen en aardbevingen dat nog weer eens pijnlijk aan. Uiteindelijk staan wij zwak in alles wat in onze wereld aan rampen gebeurt.

Vandaag gebruiken de lezingen de meest indrukwekkende beelden om aan te geven dat onze wereld ooit zal ophouden te bestaan. Niets is blijvend en zelfs onze dierbare wereld zal ooit vergaan. Toch verzekert ons de Bijbel dat God uiteindelijk het vaste punt is in ons bestaan. Al het aardse zal ooit vergaan, alleen God is blijvend. Hij is alfa en omega, begin en einde. Er zijn sekten die beweren dat zij het einde van onze wereld kunnen berekenen. In het evangelie van vandaag horen wij dat dit niet waar is: “Van die dag of dat uur weet niemand iets af, zelfs niet de engelen in de hemel, zelfs niet de Zoon, maar de Vader alleen.”

Wij kunnen niet in Gods agenda kijken en uitvissen wanneer de laatste dag er is. Daarom behoort elke dag dat wij hier leven een dag te zijn waarop wij leven alsof het onze laatste dag is. Omdat wij niet weten wanneer wij sterven, is elke dag een oproep om te leven in het bewustzijn dat God de eerste en de laatste is. Daarom roept het evangelie ons op om waakzaam te zijn. Om het lichtje van ons geloof niet uit te laten gaan.

De catechismus van de katholieke Kerk zegt in nummer 678: “Jezus heeft in zijn prediking het oordeel van de laatste dag aangekondigd. Hierin volgt Hij de profeten en Johannes de Doper. Dan zullen het gedrag en de geheimen van het hart van eenieder aan het licht gebracht worden. Dan zal het schuldige ongeloof dat aan de genade die God aanbood, geen waarde gehecht heeft, veroordeeld worden. De houding ten opzichte van de naaste zal het aanvaarden of het afwijzen van de genade en de goddelijke liefde openbaren. Jezus zal op de laatste dag zeggen: ‘Al wat gij gedaan hebt voor een dezer geringsten van mijn broeders hebt gij voor Mij gedaan’.” (Matt. 25,40).

Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie