Zondag 23 maart 2025 – 3e Zondag van de Veertigdagentijd

1e lezing: Ex.3,1‑8a.13‑15
Tussenzang: ps.103,1‑4.6‑8.11
2e lezing: 1 Kor.10,1‑6.10‑12
Evangelie: Lc.13,1‑9
Melk en honing
Zojuist in de eerste lezing uit het boek Exodus hoorden we een van de belangrijkste gebeurtenissen uit het Oude Testament. God laat Mozes zien wij Hij is, Hij openbaarde hem zijn Wezen. En in die openbaring kunnen we drie belangrijke elementen onderscheiden. Als eerste: “Ik ben de God van uw vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jacob.”
God is een God van mensen én een God van de geschiedenis van de mensen. Van geslacht op geslacht is Hij bij hen. Hij leidt hen ieder persoonlijk en door die keten van mensen schrijft Hij zijn heilsgeschiedenis. Wij leren God steeds beter kennen in hoe Hij de geschiedenis met ons mensen schrijft. Uit de verbonden van Abraham, Isaak en Jakob leren wij wie God is. God wordt nu de God van Mozes en schrijft zijn geschiedenis verder. Hij wordt de God van de profeten, die zich verzetten tegen onrecht en afgoderij, de God van de Makkabeeën, die zich met hand en tand verzetten tegen de geloofsaanpassing en geloofsafval van het volk aan de nieuwe Griekse leer. En natuurlijk als hoogtepunt van de heilsgeschiedenis, de geboorte van Christus, de mens geworden Zoon van God de Vader.
Op de tweede plaats zegt God hier: “Ik heb de ellende van mijn volk gezien, Ik ken zijn lijden. Ik daal af om mijn volk te bevrijden uit de macht van Egypte.” Om het weg te leiden uit dit land naar een land van melk en honing. Ja, God is een God die zich het lijden van de mensen aantrekt. Hij is een medelijdende en bovenal bevrijdende God. De bevrijding uit Egypte is daarbij het grote model. God heeft medelijden met het onderdrukte slavenvolk en bevrijdt het en brengt het naar het beloofde land.
Op de derde plaats openbaart God zijn Naam en vat in die Naam zijn Wezen samen: “Ik ben die is.” En in die Naam ligt uitgedrukt dat Hij de God van de vaderen is. Hij, degene die zonder begin en einde is, was er immers altijd al en voor alle mensen bereikbaar. Maar in het Hebreeuws klinkt in die naam: “Ik ben die is” ook mee: Ik ben die erbij is. Ik ben die helpende en bevrijdende aanwezigheid. En zo is de naam “Jahweh” een naam die dicht komt bij “Emmanuel”: God-met-ons. Een naam die op zo’n onvoorstelbare wijze werkelijkheid geworden is in de menswording van Christus.