Social Media

Zondag 2 oktober 2022 – 27e Zondag door het jaar 

Geplaatst op: 29-09-2022

1e lezing: Hab.1,2-3;2,2-4
2e lezing: 2 Tim.1,6-8.13-14  
Evangelie: Lc.17,5-10  

 

Heer, geef ons meer geloof!

In onze dagen is het werkwoord geloven tot een moeilijk hanteerbaar begrip geworden. Velen voelen zich verraden en bedrogen. En toch! Geloven in iemand, dat doen wij elke dag opnieuw. Wie niet op medemensen kan vertrouwen, brengt niets tot stand. Maar velen schrikken voor dat vertrouwen in anderen terug. “Wij zijn door schade en schande wijs geworden”, zegt men dan. 

Geloven, dat wil zeggen: de overgave aan het woord van God of van medemensen, is dus niet eenvoudig. Toch kunnen wij niet zonder. De stelling, eerst zien en dan geloven gaat in het dagelijks leven lang niet altijd op. Hoe willen echtgenoten elkaar bewijzen dat ze werkelijk van elkaar houden? Je kunt het elkaar zeggen, je kunt het uitdrukken in attenties. Uiteindelijk zal echter de echtgenoot zich dienen over te geven in het gelovig vertrouwen dat het waar is wat zijn echtgenote zegt. Misschien is het gebrek aan gelovig vertrouwen wel een van de redenen waarom zoveel huwelijken stuk lopen. Geloof en vertrouwen schenken aan anderen mogen wij dus gerust een moeilijke opgave noemen. Tegelijkertijd zullen wij het met elkaar eens zijn: die opgave is levensnoodzakelijk.

“In die tijd zeiden de apostelen tot de Heer: ‘Geef ons meer geloof’.” Het heeft de apostelen blijkbaar ook heel wat gekost om zich vol geloof en vertrouwen over te geven aan de Persoon en het Woord van Jezus. En Jezus zelf wist op zijn beurt ook heel goed hoeveel waarde Hij kon hechten aan het geloof van zijn leerlingen. Toen het erop aan kwam lieten allen Hem in de steek; wantrouwen maakt ons mensen onvruchtbaar. Het blijft dus staan: geloof en vertrouwen zijn wezenlijke elementen om als mens vruchtbaar te kunnen leven. Voor een christen is geloven zelfs noodzakelijk om gered te worden: “Ieder die gelooft,” zegt Jezus, “en gedoopt is, zal gered worden. En iedereen die niet gelooft, zal niet gered worden.” 

Waar vind ik dan die bron die toegang geeft tot een levend, werkzaam en vruchtbaar geloof? Het is allereerst bewezen dat goede ervaringen vertrouwen doen groeien. Wie bijvoorbeeld in een gelukkig gezin mag opgroeien, zal een sterkere basis ontwikkelen voor onderling vertrouwen dan iemand die is opgegroeid binnen verstoorde of zelfs gebroken relaties. Maar gelovig vertrouwen betekent binnen het christendom meer. Ergens in het evangelie zegt Jezus het volgende: “Dit is het eeuwig leven, dat zij U (God) kennen en Hem die Gij gezonden hebt.” En ook: “Niemand heeft ooit God gezien, de eniggeboren Zoon echter heeft Hem doen kennen.” Gelovig vertrouwen begint voor een christen niet bij mensen maar bij God. 

Dat merken wij ook in het evangelie van deze zondag: “Als gij een geloof hadt als een mosterdzaadje, zoudt ge tot die moerbeiboom zeggen: maak uw wortels los uit de grond en plant u in de zee, en hij zou u gehoorzamen.” Louter menselijk gesproken is dit onmogelijk! Geloofskracht vindt zijn fundament in God. Wij zijn dan ook genoodzaakt om met de apostelen te zeggen: “Geef ons meer geloof en vertrouwen.” Dit bidden en smeken om geloof heeft in het leven van de apostelen heel wat veranderd. Waren zij eerst zonder vrucht bezig, bang als zij waren, vanaf Pinksteren legden zij met klem getuigenis af. Duizenden sloten zich bij hen aan. Moedig hebben zij allen getuigenis afgelegd van het geloof dat in hen leefde en dit geloof hebben zij met hun bloed bezegeld. Ook wij hebben de gaven van geloof, hoop en liefde ontvangen. Wat let ons om er uit kracht van de Geest ook mee te woekeren.