Zondag 28 april 2024 – 5e Zondag van Pasen
1e lezing: Hand.9,26-31
2e lezing: 1 Joh.3,18-24
Evangelie: Joh.15,1-8
Snoeien om te bloeien
In de tuin van de pastorie staat een kersenboom. Het is iedere keer een genot om te zien hoe de boom in de lente vol bloesem staat. Als de prachtige bloesem verdwijnt, is het wachten op de kersen. Maar wat valt dat tegen. Wel veel kersen, maar hun omvang is maar erg mager. Meer pit dan vlees. En het wordt elk jaar slechter. Maar wat wil je, de laatste keer dat de boom gesnoeid is, ligt in het verre, zeer verre, verleden. Wildgroei is niet bepaald bevorderlijk voor een goede kwaliteit van de kersen. Je ziet in deze tijd mensen weer ijverig werken en snoeien in hun tuinen. De groene afvalbakken zijn menigmaal te klein. Snoeien is nodig om een goede groei en bloei te bevorderen, om veel en goede vruchten te krijgen.
In het evangelie van vandaag gebruikt Jezus het beeld van de wijnstok en de rank, om daarmee duidelijk te maken dat de kwaliteit van ons leven als christen afhangt van onze verbondenheid met Christus, de wijnstok, en de bereidheid om regelmatig in onze levenswijze te snoeien. Dan kan je leven als christen steeds rijkere vruchten voortbrengen. Als rank kun je niet zonder de wijnstok. Als christen kun je niet zonder Christus. Christen-zijn, betekent leerling van Jezus zijn, steeds inspiratie en richting voor je eigen leven zoeken in zijn voorbeeld. Hem willen volgen in zijn levenswijze. Dat betekent dat je Hem ook regelmatig opzoekt om je te voeden met zijn levenssap, om je zo het wezen van je christen-zijn eigen te maken en daarnaar te gaan leven.
Als je je in je dagelijks leven van Hem losmaakt en niet regelmatig de tijd neemt om je op Hem te richten, raak je steeds meer verwijderd van Hem: de bron van je christen-zijn. Je gaat dan op je eigen inzichten en gevoelens drijven. Kun je je dan nog leerling van Hem noemen? Leerling zijn, betekent toch een meester hebben van wie je kunt en wilt leren. Op het moment dat je meent geen meester meer nodig te hebben ben je geen leerling meer, maar laat je je leiden door eigen inzichten en gevoelens. Het gevaar van wildgroei wordt dan groot, zodat je steeds verder afdwaalt van een christelijke levenswijze.
Niet dat mensen die zich losmaken van Jezus en zijn Kerk helemaal geen vruchten meer zouden voortbrengen in het leven, maar de kans is groot dat de kwaliteit steeds verder terugloopt. We zien in onze tijd een verval van waarden en normen. Ligt de oorzaak niet voor een deel in het feit dat men zich steeds meer losmaakt van Christus? Maar ligt de oorzaak ook niet voor een deel in het feit dat men daarnaast ook niet durft te snoeien in de wildgroei? Het is nodig om weer terug te keren naar de wijnstok om ons weer te gaan gedragen als echte leerlingen, die zich niet van hun leermeester afsluiten door te menen het allemaal wel te weten, maar weer leergierig zijn lessen opnemen. En bereid te zijn ook werkelijk lering te trekken uit zijn levenslessen en datgene weg te snoeien wat niet in overeenstemming is met wat Hij leert.
Steeds weer opnieuw je concrete leven onder de loep willen nemen, om het te zuiveren van wildgroei. Alleen zo kun je komen tot een vruchtbaar christen-zijn. Vruchten voortbrengen van een christelijke levenswijze, die de liefde van God zichtbaar maken. Laten wij er werk van maken dat de tuin van ons leven vol wordt van vruchten van een echt christelijk leven, die kunnen bijdragen tot het welzijn van onszelf en van de mensen om ons heen.
Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie