Dinsdag 30 april: Iedereen leerling en missionaris
Na het ontbijt begint het programma weer om 8 uur. Na het bidden van de lauden beginnen de inleidingen voor het thema van de dag: ‘allen leerling, allen missionaris’. Vooral de inleiding van Halik vind ik aansprekend. Zijn observaties doen recht aan een kerk in een geseculariseerde wereld en dat komt goed overeen met onze omstandigheden. ‘De Kerk heeft niet een missie, maar is missie,’ is opnieuw een motto. Dat is iets anders dan proselitisme. In dat geval heb je wel veel gedoopten, maar geen christenen, ofwel het geloof heeft geen wortel geschoten. Het is in feite indoctrinatie. Missie betekent echter voortdurende incarnatie en inculturatie. Het geloof leeft. Natuurlijk door catechese en voortdurende vorming. Verder filosoferend op deze gedachte ziet Halik de kerk als een school, een school van gebed en christelijk leven. En typerend voor Halik is zijn benadrukken dat de kerk geen alternatieve samenleving mag zijn, maar participeert. ‘Hij gaat u voor naar Galilea!’ Waar is Galilea heden ten dage? Het zijn de ongelovigen.
Theoloog Gilles Routhier wijst op het thema van een gemeenschappelijk apostolaat. De parochie is de plaats bij uitstek waar we de problemen van de wereld ontmoeten. Priester en gelovigen werken samen om het licht van het geloof, van Christus hier te laten schijnen: luisteren, begeleiden, raadplegen…
Doctoressa Lia Zervino presenteert enkele voorbeelden uit de praktijk aan de hand van kleine video’s. Met vervolgens een enkel commentaar. Eerst wordt ons een aantal samenwerkende parochies in Noord-Italië getoond en hoe parochianen medeverantwoordelijkheid hebben genomen in het proces. Vervolgens horen we over de hervormingen in de bisdomstructuur van Perth en als laatste horen we een pastoor in Paraguay die 72 gemeenschap mag bedienen. Dat laatste komt alle pastoors in de zaal enigszins afschrikwekkend voor. De eerste video zal voor de Nederlandse situatie achterhaald zijn en bij het tweede filmpje is vooral het concept van subsidiariteit dat zal blijven hangen. Daarna is het aan de discussiegroepen.
Ieder leerling, ieder missionaris, stelt vooral de vraag hoe de verschillende roepingen, dienstwerken en charisma’s een plaats hebben en krijgen in het leven van de parochie of het bisdom. Hoe draagt de lokale gemeenschap bij aan de missie van de Kerk? In mijn groep blijken drie thema’s de boventoon te voeren. Men ervaart het probleem dat parochianen zich wel de eigenaar voelen van de parochie, maar niet de eigenaar van de missie van de parochie. Het zijn consumenten in het geloof. Hoe zou men de parochianen een betere beleving van het parochiaan-zijn kunnen geven? Door vorming, catechese, verantwoordelijkheden te delen? Maar ook de zondagse eucharistieviering wordt een zeer belangrijk instrument geacht. Goed verzorgde liturgie en brede deelname kan tot een gemeenschapservaring en tot opbouw leiden. Tegelijkertijd wordt de bezorgdheid geuit over de relatie tussen bisschop en priester, bisschop en parochie. Die kan frustreren en de ontevredenheid kan doorwerken. Door een niet vreugdevolle relatie als in een familie kan dat ook het missionair worden in de weg staan. Overigens is niet per se een slechte bisschop hier debet aan, maar hiërarchisch beleefde structuur en de afstand zijn grotere factoren. Zou daar subsidiariteit en synodaliteit behulpzaam kunnen zijn?
In de middag worden de resultaten van de morgen besproken en ook mijn groep doet verslag in de plenaire zitting. De onderwerpen die we aandragen horen we ook deels terug bij andere groepen. Maar ook hoor ik dingen waar ik niet meteen blij van wordt. In ieder geval merk je ook dat de vragen en opmerkingen wat kritischer en spannender worden. Dat vind ik niet verkeerd. Als er één plek is waar je het functioneren van de Kerk kritisch moet bevragen, dan is het wel in de context van een synode.
De middag wordt afgesloten met de eucharistieviering. Omdat oecumene en de relatie met de oosterse kerken een centrale rol spelen in het synodale proces, is de mis volgens de Armeense ritus. We worden vooraf gerustgesteld. Een normale mis in de Armeense ritus kan al snel twee uur duren, maar vandaag is de verkorte vorm! Het is inderdaad een indrukwekkende gezongen liturgie door priester, diaken en koor als participanten in de oud Armeense taal. Ik moet eerlijk toegeven dat ik het enerzijds bewonder en interessant vind, maar anderzijds een museale ervaring. Je bent toeschouwer, terwijl onze liturgische opvoeding duidelijk anders is. Mijn Deense collega wilde wel kwijt dat hij er niet aan moest denken om op zondag drie van zulke missen te moeten opdragen. Nou ja, het blijft anderzijds belangrijk om ook deze ervaringen en dus ook de liturgie met elkaar te delen. Er zijn de nodige pastoors onder ons vanuit geaffilieerde kerken met een oosterse ritus.
Tijdens het avondeten worden we nog herinnerd aan de verrassing van deze avond. Er is nog programma: om 21.15 gaat het verder. Het secretariaat van de synode vormt een panel, waaraan wij als pastoors vragen kunnen stellen. De nodige interessante vragen komen voorbij en het geeft wel een inkijkje in hoe zo’n synodaal proces wordt georganiseerd. Hoe creëer je een proces waarin je naar de hele wereld wil gaan luisteren en hoe maak je dat tot een vruchtbaar proces. Op voorhand is de bewondering daarvoor verdiend. Maar na deze vragensessie worden we nog geïnformeerd over de ‘digitale synode’. Men heeft de missionaire opdracht ook gestalte willen geven op het internet en sociale media via influencers. Die inspanning verdient eigenlijk meer aandacht van ons, maar het is al laat. Iedereen haalt opgelucht adem als om 22.45 (!) de sessie tot een einde komt. Op dat tijdstip is het synodale elan er wel uit. Morgen weer een dag. Dan mogen de 193 pastoors uit 99 verschillende landen weer synodaal aan de slag.