Zondag 10 januari 2021 – Doop van de Heer
1e Lezing: Jes.42,1‑4.6‑7
2e lezing: Hand.10,34‑38
Evangelie: Mc.1,7‑11
Klein Pasen in de winter
Vandaag sluit de Kerk de kersttijd af met het feest van de Doop van de Heer. Het is een tijd van openbaring waarin de kerk ons wil laten zien wie Hij is die met Kerstmis wordt geboren. De feesten in deze kersttijd hebben alle iets geopenbaard van dit geheim. Allereerst het kerstfeest zelf, waarin Jezus werd aangeduid door de engelen die de herders verkondigden: “Heden is u een Redder geboren… en dit zal voor u een teken zijn: gij zult het pasgeboren Kind vinden in doeken gewikkeld en liggend in een kribbe.” Die Redder is God zelf, want het is God die ons aanspreekt in dit Kind. Ofschoon God altijd al tot ons gesproken heeft, zoals de Schriften laten zien en die dan ook in deze kersttijd gelezen worden, heeft Hij zich nu ten diepste uitgesproken in zijn Zoon: “Het Woord is vlees geworden.”
Kerstmis zegt iets uit over het Kind, maar ook over ons; wat het feest van de heilige Stefanus ons laat zien. Wij zijn geroepen tot een nieuwe geboorte. Het Woord wil vlees worden in ons leven, opdat wij ons met Hem durven geven. Dat gaat niet vanzelf. Daarvoor moet je gevormd worden, zoals ook het Kind zichzelf heeft laten vormen in het heilig Huisgezin. God is mens geworden in een heilig Huisgezin. Wij hebben een vader en moeder nodig om uit te kunnen groeien. We zijn in relatie geschapen, opdat wij uit de liefde voort mogen komen om tot de liefde te kunnen uitgroeien. Wat een roeping: het gezin!
Het hoogfeest van Maria, Moeder van God van 1 januari sluit het octaaf van Kerstmis af en openbaart ons opnieuw dit geheim: het Kind in de kribbe is de Zoon van God. Maria is ‘Theotokos’ Moeder van God, omdat haar Zoon God zelf is. Maar het zegt ook veel uit over Maria. Zij maakt zelf deel uit van het geheim, omdat zij ‘ja’ heeft durven zeggen. Zij is geen godin maar een mens, die door haar ‘ja’ het geheim van Gods verlossend nederdalen mogelijk heeft gemaakt. Zij heeft ‘ja’ gezegd op dit geheim en is ‘ja’ blijven zeggen tot onder het kruis, waardoor haar moederschap zich verwijd heeft en Jezus haar tot onze Moeder kon doen worden.
Want dat is duidelijk: het Kind komt niet alleen voor de herders of voor de Joden in Israël, maar zoals het feest van Driekoningen het ons openbaart: Hij komt voor ieder van ons. God komt om elke mens te redden. En hoe doet Hij dat? Het feest van vandaag laat het ons zien: God komt naast ons zondaars staan. Hij maakt zich niet alleen klein tot een mensenkind, totaal afhankelijk van mensen, maar Hij maakt zich nog kleiner en gaat naast ons zondaars staan. Hij wilde gedoopt worden met het doopsel van bekering. En op dat moment komt er een stem uit de hemel die zegt: “Gij zijt mijn Zoon, mijn veelgeliefde; in U heb Ik welbehagen.”
“Gij zijt mijn Zoon, mijn veelgeliefde.” Dat was de tekst die werd uitgesproken als er een nieuwe koning, een nieuwe gezalfde des Heren werd geïntroniseerd. Johannes ziet hoe Jezus met krachtige hand zal optreden. Maar als Hij dan ziet hoe Jezus doet, dan begrijpt hij Hem niet meer. Hij ziet nog niet dat die Koning tegelijkertijd de dienstknecht van de Heer is. Ja, Hij zal het recht doen zegevieren. Hij zal de dorsvloer zuiveren. Alleen wat liefde is, zal het koninkrijk kunnen binnengaan. Maar Hij zal het recht doen zegevieren overeenkomstig zijn wezen. God is liefde, God is barmhartige liefde, dat is zijn wezen en zo zal Hij handelen.
“Het geknakte riet zal Hij niet breken, de kwijnende vlaspit niet doven, in waarheid zal Hij de gerechtigheid laten stralen”, horen we in de eerst lezing. Paulus spreekt ons over die gerechtigheid in zijn brief aan de Romeinen die hij begint met de woorden: “God heeft u lief en riep u tot zijn heilige gemeente.” Wij zijn gedoopte mensen, wij zijn het geheim binnen gegaan van deze waarheid: God heeft ons lief. “Er bestaat bij God geen aanziens des persoons.” Hij zal zijn leven voor allen geven tot vergeving van de zonden. Die liefde wil ons raken. Wij hebben een hartstochtelijke Bruidegom die ons achterna komt en die door het geheim van zijn zelfgave tot op het kruis ten diepste uitspreekt hoezeer God een Vader is voor ieder van ons. Hij wil ons als zijn kinderen. Vanuit ons Doopsel mogen wij de woorden van het evangelie over ons horen uitspreken: “Gij zijt mijn Zoon, mijn dochter… mijn veelgeliefde, in u heb Ik welbehagen.” Kerstmis is het kleine Paasfeest van de winter. Wij vieren het verlossingsgeheim waarmee God onze wereld binnentreedt, opdat wij zouden leven. Een nieuwe geboorte. Telkens weer als wij het geheim van zijn liefde toelaten in ons eigen leven.
Wij laten het toe als wij het doopgeheim gestand doen, doordat wij open zijn voor het werken van zijn Geest. “Hij zal u dopen met de heilige Geest en met vuur.” Een Geest die zuivert, een Geest die ons omvormt. Dat het Kerstgeheim dat wij hebben mogen vieren dat steeds meer in ons mag bewerken en dat wij het meenemen de gewone week in, de gewone tijd door het jaar in als een geheim om van te leven.
Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie
Illustratie: Schilderij van de Doop van de Heer in de parochiekerk HH. Hiëronymus en Antonius in Weert-Laar