Preek chrismamis 2025
Wat zijn Trumpianen? Volgers van Trump. Biberianen of Beliebers? Fans van Justin Biber. Mohammedanen? Volgers van Mohammed. Maar dat klopt eigenlijk niet. Deze groep gelovigen onderwerpt zich aan God en noemt zichzelf islamieten, aanhangers van de islam. Men kijkt op een eigen manier naar God en men gedraagt zich op eigen wijze ten opzichte van God. Dit geldt ook voor ons als christenen. In de naam ‘christen’ drukken we uit dat we volgers zijn van Jezus de Christus en daarmee geven we aan dat we op onze eigen wijze naar God kijken: God heeft zichzelf in de man Jezus volledig kenbaar gemaakt (geopenbaard). Wij aanbidden de God van Jezus Christus.
Niet voor niets zijn wij bij het doopsel gezalfd met chrisma, bekleed met Christus en ondergedompeld in zijn Geest. Met het vormsel is het nog eens bevestigd. In het synodale proces dat we de afgelopen jaren hebben gehad, wordt benadrukt dat alle gedoopten een gelijke waardigheid bezitten en dat we samen een gemeenschap vormen, wij zouden allen moeten participeren en deelnemen aan de missie van de Kerk: communio, participatio en missio. Als wij samen een missie hebben – in de wereld getuigenis afleggen van Gods menslievendheid – moeten we een gemeenschap vormen en moeten we allemaal kunnen meepraten en meedenken. Overigens … het eerste en belangrijkste getuigenis dat wij als gedoopten kunnen geven, is op zondag naar de kerk gaan. Te vaak wordt de groep van 97 procent niet-kerkgangers bevestigd in plaats van de groep van drie procent die wel trouw gaat. Dat gebeurt met publieke opmerkingen als: ‘Ik ben wel gelovig, maar ik ga niet iedere zondag naar de kerk hoor’. We verbazen ons niet eens meer over dit soort ondermijnende opmerkingen!
Als gedoopten vormen wij samen de Kerk met Christus als hoofd. Vanaf het begin werden er mannen geroepen om in persona Christi leiding te geven aan het volk Gods ter plaatse. Ze kregen van de apostelen de handen opgelegd en werden aangesteld als episkopos, presbyteros of diakonos. Om leiding te kunnen geven is het nodig dat zij waardig zijn en dat ze een voorbeeld kunnen zijn van geloof en toewijding, en dat ze ook de capaciteiten hebben om het uit te dragen en voor te leven.
De groep van gewijde bedienaren – en ik wil me vandaag beperken tot de groep van priesters – vervult een belangrijke rol in de verkondiging van het evangelie, de bediening van de sacramenten en het geven van leiding. Alle priesters zijn gelijkwaardig. Maar ze zijn niet allemaal gelijk. Er zijn veel verschillen als het gaat om karakter, houding, afkomst en levensgeschiedenis, leidinggevende competenties, pastorale vaardigheden, empathisch vermogen, spreek- en preekvaardigheid. Toch staan we – als bisschop hoor ik ook bij de groep van deze sacerdotes – samen voor grote uitdagingen. Onze ideeën over de toekomst kunnen verschillend zijn, ook onze ideeën over hoe we het pastoraat vormgeven. Zijn we de fase van de volkskerk voorbij en nemen we nieuwe initiatieven of hechten we aan de gemeenschap als dorpsgemeenschap met alle bijbehorende tradities?
Ik zou u als priesters willen vragen: geef elkaar ruimte en steun elkaar, ook als de buurpastoor een andere pastorale aanpak heeft die beter bij hem past. Steun elkaar en als je het vertrouwen van de ander hebt gewonnen of als je in de positie bent, kun je misschien ook een keer kritiek uiten, opbouwende kritiek. Onlangs heeft de vicaris-generaal een aanbod gedaan voor een leiderschapscursus. Ik sta daar helemaal achter. Ik heb zelf ook ooit iets dergelijks gedaan. Kijk er nog eens serieus naar of het iets voor jou is, en overleg zo nodig met iemand van de staf van het bisdom. Als bisdom zijn we bereid in jullie te investeren. Ik denk dat parochiebesturen dat ook willen.
We gaan samen een bepaalde kant op – daar moet dit jaar meer duidelijkheid over komen – maar iedere priester moet het – binnen de normale kaders – ook op zijn eigen manier kunnen doen. Er zijn priesters die veel aankunnen: allerlei bijtaken en nevenfuncties en nog een parochie erbij als waarnemend pastoor (met een kapelaan erbij weliswaar, maar toch). Ik ben jullie zeer dankbaar voor jullie inzet en bereidheid om steeds weer iets nieuw erbij te nemen of om steeds maar weer flexibel te zijn. Er zijn ook priesters die hebben een kleinere opdracht, een kleine parochie of federatie, omdat dit het beste bij hun mogelijkheden past. Sterke schouders dragen nu eenmaal de zwaarste lasten. In het algemeen zou ik willen zeggen: wees solidair met je collega-priesters. Laat het niet gebeuren dat de lasten alleen maar worden gelegd op de schouders van degenen die toch al veel moeten dragen. Jezus heeft gevraagd om arbeiders. Ik reken op jullie onvoorwaardelijke inzet. Weest bereid om te gaan waar je nodig bent, of waar je harder nodig bent.
Het benoemingenbeleid is erg complex geworden. We proberen met alles en iedereen rekening te houden, maar dat is geen eenvoudige opdracht. We willen alle parochies van een pastoor en eventueel meer priesters voorzien. Van de kant van de parochies is er een terechte verwachting die gehonoreerd moet kunnen worden. Ik weet ook dat een aantal parochies zit te wachten op een nieuwe pastoor. Ik dank u voor uw geduld.
De priesters en met name degenen die pastoor of deken zijn, hebben de opdracht om mee te denken over de toekomst van het kerkelijk leven, beleid voor te bereiden en het uiteindelijk ook uit te voeren als het door de bisschop en zijn staf is vastgesteld. De uitvoering van nieuw beleid kan niet zonder de medewerking van parochiebesturen en lekengelovigen die in de geloofsgemeenschappen leidinggeven. Van u als parochiebestuurders – vrijwilligers – wordt veel gevraagd. De staf van het bisdom realiseert zich dat heel goed, maar heeft ook geen eenvoudige oplossing voor de werkdruk.
Als parochiebestuurders hebt u de taak om onder leiding van de pastoor te zorgen voor een goed beheer van alle gebouwen en bezittingen en van de financiën. U adviseert de pastoor en zijn pastoraal team over het pastoraal beleid, en bevestigt hen in hun eigen pastorale verantwoordelijkheid en voor de pastoor in zijn uiteindelijke bestuurlijke verantwoordelijkheid. U kunt het de priesters gemakkelijk maken of moeilijk. Maar uw intentie is hopelijk om samen met de priesters uitvoering te geven aan het vastgestelde diocesane beleid.
We staan aan het begin van het Paastriduüm met zijn gevarieerde liturgische plechtigheden, met de daarbij behorende emoties van verwachting, lijden, verdriet, eenzaamheid en verlatenheid, dood, rust en berusting maar ook de gevoelens van verwondering en vreugde om de overwinning die Christus heeft bereikt. We zijn pelgrims van hoop als we durven loslaten. In het kerkelijk leven zullen we moeten loslaten wat niet meer werkt. Dat gaat ook om ons persoonlijke aardse leven. Jezus liet het leven vrijwillig los. Hij liet zich vallen in de handen van mensen om door God de Vader te worden opgevangen en te worden hersteld in een leven met Hem.
Ik wens u allen veel paasvreugde toe en voor nu een goede voorbereiding op het aankomende triduüm.
Mgr. Ron van den Hout,
bisschop van Roermond