Vervuld vaderschap
Paus Franciscus heeft 2021 uitgeroepen tot een speciaal jaar van Sint-Jozef. Over het leven van de stiefvader van Jezus is niet veel meer bekend dan wat er in de evangeliën verteld wordt. We weten niet precies waar en wanneer hij geboren werd en ook niet wanneer hij overleed. Hij komt op een gegeven moment niet meer in de verhalen voor: zijn rol was vervuld. Heeft hij het openbare optreden van Jezus nog meegemaakt? En wat vond hij daarvan? In vier afleveringen laat bisschop Harrie Smeets Sint-Jozef terugkijken op zijn bijzondere leven.
De dag heeft zijn meeste en warmste licht gegeven; nog even is er tijd om hier te gaan zitten, op het bankje voor mijn werkplaats. Straks zullen ze mij wel roepen om te komen eten. Dit bankje heb ik ooit, meer dan dertig jaar geleden getimmerd en heel wat keren heb ik hier gezeten met mijn zoon. Nou ja, zoon…mijn stiefzoon Jezus, de zoon van mijn vrouw Maria.
Heel wat mensen zullen wel denken dat ik al dood ben, maar hier in Nazareth weten ze wel beter. “De oude timmerman Jozef? Ja, die leeft nog,” zeggen ze dan. “Hij klust nog wat in zijn werkplaats, maar behalve bij zijn familie, komt hij niet veel meer onder de mensen.”
Oppervlakkig bezien heb ik een rustig en onopvallend leven gehad, maar het was gevulder dan menigeen denkt. En vandaag, vandaag is er weer wat bijgekomen. Er kwam mij een verhaal uit Jeruzalem ter ore. Via via kwam het hier in Nazareth terecht.
Een jaar of drie geleden is Jezus hier weg gegaan, eerst is hij in Kafarnaüm gaan wonen. Vandaaruit is hij met een aantal leerlingen, die hijzelf had uitgezocht, door het hele land getrokken. En dus kwam hij uiteindelijk ook in Jeruzalem. Die stad, vooral de tempel, trok hem aan. Toen hij een kind was, was dat al zo. Hij is nog wel eens teruggekomen hier in Nazareth, maar veel zagen we hem niet meer. Dat bezoek aan Nazareth is trouwens een apart verhaal. Dat hij van huis wegging, was eigenlijk ook goed. Hij was volwassen; ik had mijn taak als vader zover volbracht.
Hij ging dus vaker naar Jeruzalem en daar had ik al wat zorgen over. Of ze in en rond de tempel zo gemakkelijk zijn woorden en antwoorden zouden verdragen: ik had er bedenkingen bij. Ook Maria maakte zich zorgen. Al hield ze het voor zich, ik kende haar goed genoeg om dat aan haar te zien. Al die jaren heb ik van heel dichtbij gezien hoe sterk de band tussen Jezus en zijn moeder was. Zijn volwassen worden, veranderde dat niet. Zoals ik al zei: ik heb het idee dat ik mijn taak als vader volbracht heb, maar de taak van Maria als moeder was niet volbracht. Zal nooit volbracht zijn.
Daarom is ze op enig moment met Hem meegegaan. Dat was voor mij wel een offer, maar het was goed; dat heb ik haar ook gezegd. Zoals ik woordeloos jaren geleden de zorg op mij heb gepakt, zo wist ik nu ook dat die taak voorbij was en dat ik Maria niet in de weg mocht staan. Ik heb mijn familie hier, die voor mij zorgt. Ik wist vanaf het begin dat Jezus voor een groter en dieper doel bestemd was. Maar tot op de dag van vandaag wist ik niet hoe dat precies in elkaar stak. En nu nog weet ik het niet, hoor ik alleen maar verhalen en begin ik te vermoeden dat Jahwe het heel anders en veel beter voorzien heeft, dan ik maar in de verste verte heb kunnen denken.
Jeruzalem… Hij kon er gewoon niet wegblijven. Maar met zijn vrijmoedigheid, eerlijkheid, zijn oprechte geloof en onweerspreekbare wijsheid moest dat daar wel tot botsingen komen: met de Romeinen, die daar veel strikter zijn dan hier in het noorden en zeker ook met de hogepriesters en de Schriftgeleerden in de tempel, die de letter van de wet heel hoog houden. En – zoals ik dus juist hoorde – kwam het daar ook tot een groot conflict. Een conflict dat hij met zijn leven moest bekopen… Gekruisigd is hij. Gekruisigd als het ergste schorem. Hoe is het zover kunnen komen…? Gruwelijk. Ik probeer het mij maar niet voor te stellen.
Ook hoorde ik dat Maria onder het kruis zou hebben gestaan. Mijn hart krimpt in elkaar als ik eraan denk. Zij en Johannes stonden erbij; de rest was weg. Zij zag hem dus sterven. Een moeder die haar kind ziet sterven: is er groter verdriet mogelijk? Wat kan erger zijn dan dat ? Misschien is het enige wat nog erger is dat de moeder er niet bij kan zijn als haar kind sterft. Wat die oude Simeon in de tempel toen heeft gezegd, is uitgekomen: Maria’s ziel zou door een zwaard doorboord worden.
Dat Johannes er als enige van zijn leerlingen bij was, verbaast mij niet echt. Met die jongen had Hij een bijzondere band; dat was goed te merken tijdens de spaarzame keren dat ik Hem met zijn leerlingen heb samen gezien. Jezus blijkt met zijn laatste krachten nog gezegd te hebben dat Maria en hij voortaan moeder en zoon zouden zijn. Het stelt mij gerust dat zij nu bij hem in huis schijnt te zijn, bij alle ontzetting en verdriet is dat minstens een troost.
Ze zeggen dat hij niet lang heeft hoeven lijden: de dood kwam gauw en ze hebben hem, omdat het bijna sabbat was, diezelfde dag nog begraven. Waar dat graf ligt, dat weet ik niet. Ik zal het niet meer kunnen bezoeken: ben te zwak en te oud om die reis nog een keer te maken.
Bovendien maakte het laatste wat mij verteld werd alles weer helemaal anders. Er wordt gezegd dat hij verrezen is, uit de dood is opgestaan. Uit de dood opgestaan? Was het geheim dat ons gezin levenslang met zich meedroeg dan nog groter dan ik kon vermoeden? Reikte het zelfs verder dan het leven, verder dan de dood? Opgestaan uit het graf. Daar hoef ik hier in Nazareth niet mee aan te komen. Dat geloven ze nooit. Ik hoor het hun nog zeggen: “Is dat niet de zoon van de timmerman?” De zoon van de timmerman staat niet op uit zijn graf. Maar… de zoon van de Allerhoogste? Zou die niet kunnen opstaan?
+ Harrie Smeets,
bisschop van Roermond