Social Media

Sacramentsdag: "Zalig die hongeren"

Geplaatst op: 11-06-2020

Relikwieën zijn er in allerlei soorten en maten. Sommige zijn zeker echt, maar bij de herkomst van sommige mag je ook vragen stellen. In een van onze Limburgse kerken bevindt zich een relikwie van de avondmaalszaal. Het zou best kunnen dat dit flintertje steen uit de zaal komt waar Jezus de Eucharistie instelde, maar honderd procent zeker is dat niet.

Stel dat dit relikwie inderdaad uit de werkelijke avondmaalszaal komt; dan is het – hoe kostbaar ook – nog niet meer dan een tastbare herinnering aan wat ooit was.

Het klinkt misschien wat vreemd: maar of we geloven dat zo’n relikwie echt is of dat we onze gerede twijfels daaraan hebben – het doet er niet zo veel toe. Want belangrijker dan de vraag of we van de plaats van het Laatste Avondmaal een tastbaar stukje in ons midden hebben, is ons geloof in de echtheid van Jezus’ woorden die hij daar sprak: “Dit is mijn Lichaam dat voor u gegeven wordt, dit is mijn Bloed dat voor u vergoten wordt. Blijft dit doen om mij te gedenken.”

De onvoorwaardelijke alles gevende en vergevende liefde die Jezus op deze avond voor de mensheid toonde, is meer dan een voorbeeld van toen, het is de werkelijkheid van vandaag.

Het is de fundamentele opdracht van de kerk om dit teken te herhalen. En meer dan 2000 jaar gebeurt dit al. Niet omdat wij als kerk-betrokken mensen zo geweldig zijn, maar juist omdat we het niet zijn. Dit sacrament is een geschenk aan een gehavende wereld; een geschenk waarin Christus zichzelf telkens opnieuw aan ons schenkt.

De maanden die achter ons liggen zijn – bij mijn weten – even uniek als triest: om gezondheidsredenen moesten wij zelfs heel trouwe parochianen de mogelijkheid ontzeggen om eucharistie te vieren en de communie te ontvangen. Juist in deze tijd waarin onzekerheid en dreigend onheil onvoorspelbaar nabij waren, was ook de ultieme bron van Christus’ vrede maar beperkt toegankelijk.

Daarop zijn veel reacties gekomen: verdrietige en boze reacties; begripvolle reacties en ook reacties die onbegrip tonen. En zoals ik al eerder schreef: de laatste weken werd duidelijk dat er eucharistische honger ontstond. Waar ik ook kwam of bij welk telefonisch contact ook: bij leken, diakens of priesters, in het zuiden of het noorden, steevast was de vraag: “Wanneer beginnen we weer?”

Ook kwamen er veel vragen over eerste communievieringen. Begrijpelijk. Inmiddels is er overal beweging zichtbaar en zijn – binnen de grenzen van wat is toegestaan – pastoors en ouders op zoek naar creatieve manieren om de kinderen de eerste communie te kunnen laten ontvangen. Dat zal zeker anders zijn dan anders: geen uitpuilende kerken, geen harmonie op straat en geen grote feesten. Dat is natuurlijk jammer voor wie zich daarop verheugde. Maar tegelijk brengt het ons ook terug naar het wezenlijke van wat Eucharistie inhoudt: het ontvangen van Christus zelf in de gedaante van brood. Eens te meer werd en wordt duidelijk dat Eucharistie niet is het levend houden van wat in het verleden gebeurde, maar leven geeft, ook vandaag de dag. 

Dat verlangen naar de Eucharistie is een goed teken; een teken dat de kerk van Christus in ons  leeft: online-kijken naar de mis is aardig, maar we willen uiteindelijk echt samenkomen om ons geloof te kunnen vieren, om het Lichaam van Christus te kunnen ontvangen en om in de gemeenschap zijn Lichaam te zijn.

De dag dat deze editie van De Sleutel bij u  in de bus valt, zal rond Drievuldigheidszondag zijn. Die zondag vieren of vierden we nog eucharistie zonder communie. Drievuldigheidszondag viert het mysterie dat God drie personen is en toch één. Hij is ongrijpbaar en onbegrijpbaar.

Op Sacramentsdag vieren we een ander mysterie: dat van de grijpbare God: Christus die ons zijn lichaam nalaat als brood voor elke dag. Drievuldigheid leert ons: ons leven ligt in zijn hand. Sacramentsdag geeft ons Zijn leven in onze hand. Letterlijk: Lichaam van Christus. Sacramentsdag is dit jaar de dag dat we ook weer communie zullen kunnen uitreiken, ook al moeten we dat op een wat ongewone wijze doen.

Christus komt tot ons in de gedaante van brood: voor mensen die het niet geloven kan het bewijs niet gegeven worden;  mensen die het wel geloven hebben het bewijs niet nodig. De veelgehoorde wens om Eucharistie te kunnen vieren, mag een teken aan de wand zijn dat het geloof in Christus onder ons en in ons nog altijd leeft.

Ik wens u een zalige communie.

Sacramentsdag 2020

+ Harrie Smeets,
bisschop van Roermond