Social Media

Donderdag 18 mei 2023 – Hoogfeest van de Hemelvaart van de Heer

Geplaatst op: 17-05-2023

1e lezing: Hand.1,1-11  
2e lezing: Ef.1,17-23  
Evangelie: Mt.28,16-20  

 

Jezus is er toch

Als wij ons afvragen waarom de verrezen Heer van ons is heengegaan, dan geeft de tweede lezing ons het antwoord: “Ik smeek de God van onze Heer Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u de Geest te geven van openbaring en wijsheid om Hem, de verrezen Heer, waarachtig te kennen.”

Twee dingen gebeuren vanaf Christus' Hemelvaart. Allereerst schept zijn Hemelvaart een gezonde afstand tussen Hem en zijn leerlingen. Herinneringen worden opgehaald, balans wordt opgemaakt. De leerlingen doen wat zo velen bij een heengaan doen: zij vragen zich af: wat heeft dit leven betekend? En het had veel betekend. Dat was hun al duidelijk geworden tijdens die drie jaren dat zij samen met Jezus optrokken. Het werd hun echter vooral duidelijk door zijn lijden, dood en verrijzenis.

Thomas had het op de octaafdag als volgt beleden: “Gij zijt Mijn Heer en Mijn God.” Christus blijkt in zijn verrijzenis uit de doden niet zomaar een onvergetelijke mens te zijn, maar daadwerkelijk Gods eigen Zoon. Paulus zegt over zijn verrijzenis: “Het leven dat Christus nu leeft, heeft alleen met God van doen.” De werkelijke grootte van iemand wordt vaak pas duidelijk na zijn heengaan. Dit is dus ook zo wanneer het gaat om Jezus, die wij sinds zijn heengaan belijden als de Christus.

Maar Paulus voegt nog iets toe: “Moge de Vader der heerlijkheid u de Geest geven van wijsheid en openbaring om Hem waarachtig te kennen.” Paulus benadrukt de werking van de Geest. Maar wat bewerkt die Geest van God? Mensen zeggen wel eens (goedbedoeld) bij het heengaan van een dierbare: ‘jij leeft voort in onze herinnering’. In zekere zin bewerkt Gods Geest hetzelfde. Zoals bepaalde dingen ons opnieuw aan iemand doen herinneren, zo doet dat ook Gods Geest.

Zo kan Jezus’ aanwezigheid plotseling tastbaar worden door een evangeliewoord. Een woord dat wij al vaak gehoord hebben, maar dat ineens een nieuwe gloed ontvangt. Wij ervaren Hem doordat wij ons getrokken voelen om iets van zijn wijze van leven waar te maken. Jezus is weg en toch is Hij er. Daarom is het goed voor ons dat Hij is heengegaan. Anders zouden wij nooit die vreemde, nieuwe aanwezigheid van Hem bij ons gemerkt hebben.

Maar die herinnering aan Jezus is wel heel bijzonder. Hij is al tweeduizend jaar geleden van ons heengegaan. En nog voelen ontelbaren zijn aanwezigheid. Wie doet Hem dat na? Het is de heilige Geest alleen die dat bewerkt: “Moge Hij”, zegt Paulus, “uw innerlijk oog verlichten om te zien hoe groot de hoop is waartoe Hij ons roept.”

Ik zou dan ook willen besluiten met deze wens van Paulus: “Moge hij uw innerlijk oog verlichten om te zien hoe rijk de heerlijkheid van zijn erfdeel te midden der heiligen is en hoe overgroot zijn macht in ons die geloven.” En wat behelst die erfenis? Het openingsgebed omschrijft het als volgt in een bede: waar ons Hoofd Christus is voorgegaan, dat wij Hem daar als zijn ledematen mogen volgen. Het mysterie van Christus’ hemelvaart.

Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie